ÂÎÉÄÈÒÅ, ×ÒÎÁÛ ÍÀ×ÀÒÜ ÎÁÓ×ÅÍÈÅ Ñ ÀÓÄÈÎ-ÇÀÏÈÑÜÞ

 


ha076

  ZESENZEVENTIGSTE (76ste) LES SOIXANTE-SEIZIÈME LEÇON
  Humor op alle gebieden (De l') humour dans (sur) tous les domaines
  Over diplomatie A propos de diplomatie
1 Zoon : Vader, wat is een diplomaat ? [Le] fils : Papa, qu'est-ce qu'un diplomate ?
2 Vader : Een diplomaat, jongen, is een man die zijn vrouw met een wasmachine tevreden (1) stelt, als ze hem een nieuwe auto vraagt. [Le] père : Un diplomate, [mon] garçon, est un homme qui contente sa femme avec une machine à laver quand elle lui demande une nouvelle auto.
  Bij de boer Chez le fermier
3 Boer : Ik geloof dat het gaat regenen. [Le] fermier : Je crois qu'il va pleuvoir.
4 Dame : Naar uw melk te oordelen (2) heeft het al geregend. [La] dame : A (en) juger d'après votre lait, il a déjà plu.
  Een voorzichtige dame Une femme prudente
5 Een dominee had opgemerkt, dat een oude dame altijd sliep terwijl hij preekte. Un pasteur avait remarqué qu'une vieille dame dormait toujours pendant (tandis) qu'il prêchait.
6 Maar ze bleef steeds goed wakker als er een dominee uit (3) een andere stad kwam. Mais elle restait toujours bien éveillée quand venait un pasteur d'une autre ville.
7 Op een dag vroeg hij de dame hoe dat te verklaren was. Ze antwoordde: (Sur) un jour il demanda [à] la dame comment expliquer cela. Elle répondit :
8  "Ik weet dat Gods (4) woord in uw mond veilig is, "Je sais que la parole (mot) de Dieu est en sécurité dans votre bouche,
9 maar ik ben niet zo zeker wat dominee Wouwelaar betreft. " mais je ne suis pas aussi certaine en ce qui concerne [le] pasteur Wouwelaar."
  Reken op uw vrienden. . . Comptez sur vos amis...
10 Tom : Ik vraag me af wat ik moet doen : ik kan met een rijke weduwe (5) trouwen (6), maar ik houd niet veel van haar. Tom : Je me demande ce que je dois faire : je puis épouser une riche veuve, mais je ne l'aime pas beaucoup.
11 Ik houd meer van een jong en lief meisje, dat heel arm is. Je préfère une jeune et gentille jeune fille, qui est très pauvre.
12 Geef me toch goede raad. Donne-moi donc (quand même) [un] bon conseil.
13 Wim : Volg de stem van je hart, dan word je zeker gelukkig. Wim : Suis la voix de ton cœur, (alors) tu seras (deviens) certainement heureux.
14 Tom : Dat is waar ook. Ik zal met het arme meisje trouwen. Tom : C'est vrai (aussi). Je vais épouser la jeune fille pauvre.
15 Wim : Uitstekend idee, en veel geluk, beste vriend. Wim : Excellente idée, et beaucoup de bonheur, cher ami.
16 En. . . waar woont die rijke weduwe? Et ... où habite cette riche veuve ?
  OEFENING EXERCICE
  Over herhalingen. A propos de répétitions.
1 We hebben steeds ons best gedaan om binnen de grenzen van het mogelijke de woorden en uitdrukkingen uit de vorige lessen te herhalen. Nous avons toujours fait de notre mieux pour répéter, dans la mesure du possible, les mots et les expressions des leçons précédentes.
2 Waarschijnlijk heeft u die talrijke herhalingen opgemerkt. Probablement avez-vous remarqué ces nombreuses répétitions.
3 Dan heeft u begrepen dat we een dubbel doel hadden. Alors vous avez compris que nous avions un double but.
4 In de eerste plaats willen we u ervan overtuigen dat u uitsluitend nuttige woorden had geleerd. En premier lieu nous souhaitions vous convaincre que vous n'aviez étudié exclusivement que des mots utiles.
5 U heeft kunnen constateren dat u ze in allerlei omstandigheden kon gebruiken. Vous avez pu constater que vous pouviez les employer dans toutes sortes de circonstances.
6 Aan de andere kant was dit de enige manier om u die termen werkelijk "zonder moeite" te laten onthouden. D'autre part, ceci était la seule manière de (pour) vous faire retenir ces termes vraiment "sans peine".
7 Het spreekt vanzelf dat er nog een paar zijn, die u voor problemen stellen. Il va de soi qu'il y en a encore certains qui vous posent des problèmes.
8 Voor die gevallen hebben we u een werkwijze aangeraden : het kruisje in de marge. Pour ces cas nous vous avons conseillé une méthode de travail : la petite croix en marge.
9 We hopen dat u onze raad gevolgd heeft. Nous espérons que vous avez suivi notre conseil.
10 Als u het tot nu toe nog niet gedaan heeft, probeer het dan van nu af aan. Si vous ne l'avez pas fait jusqu'à présent, essayez-la dès maintenant.
11 U zal verbaasd zijn over het resultaat. Vous serez étonné(e) du résultat.
12 De volgende uitdrukkingen mag u nooit uit het oog verliezen : herhaling maakt de meester en . . . beter laat dan nooit ! Vous ne devez jamais perdre de vue les expressions suivantes : (la) répétition fait le maître et . . . mieux (vaut) tard que jamais !
  NOTEN
1 Tevreden over : content, satisfait de.
Tevreden met : content de (parce qu'on n'a rien d'autre).
Ik ben tevreden over hem : je suis content de lui.
Ze zijn tevreden over het resultaat : ils sont contents du résultat.
Ik ben met dat antwoord niet tevreden : je ne me contente pas de cette réponse.
2 Ik kan er niet over oordelen : je ne puis en juger.
Het oordeel : le jugement.
3 Uit indique l'origine.
Ze is afkomstig uit Nederland / uit Brabant : elle est originaire de Hollande / du B. (pays, région).
Mais ze is afkomstig van Rotterdam (ville).
4 Il s'agit ici d'une survivance du génitif, c'est-à-dire le complément du nom.
Dans le langage écrit, on le rencontre encore quand le complément est un nom.
Vaders vrienden =de vrienden van vader.
Moeders hoed = de hoed van moeder.
Jans geld = het geld van Jan.
Ces formes sont peu employées dans la langue parlée.
5 De weduwnaar : le veuf
6 Het huwelijk (hûwëlëk) : le mariage.
   
  Noms neutres : het hart, het oordeel.

p185 (354)